Dit blog is bedoeld voor familie en vrienden maar anderen mogen meegenieten...
De oudste verslagen zijn vrij summier en bevatten geen eigen foto's.

28 september 2012

Samos

Waar wiskunde, geschiedschrijving en epicurisme bedacht werden

Pan metron ariston: Alles met mate!’
(Grieks gezegde dat oorspronkelijk op de tempel van Apollo in Delphi geschreven stond)


Inham in de baai van Kerveli, links van het hotel
© Scriptor
Het enige schoonheidsfoutje dat je de baai van Kerveli kunt aanwrijven, is dat ze geen zonsondergang heeft. Ze mag de zon wel de dag insturen en dat is al heel wat.

Waar 's ochtends de Turkse kust aan de overkant nog achter een waas verborgen ligt, weerkaatsen de laatste zonnestralen van de dag op de voet van de bergen en leggen een snoer van dorpjes bloot waaraan steeds meer lichtjes gaan branden.

Dat is het uur waarop de krekels hun kelen openzetten en de hotelgasten hun voeten onder de tafels op het buitenterras steken. Waar het naar eten ruikt, schuiven er ook poezen aan, zeker als ze een paar pondjes vet te kort komen. Dat laatste geldt voor de kleine, wat schonkige zwerfkatjes maar niet voor de zwarte kater die met een felle blik zijn gezag laat gelden.

Zithoekje in hotel Kerveli
© Scriptor

Stukje van het buitenterras
© Scriptor
Bij romantische avonden past melancholische muziek en daarvoor ben je in Griekenland aan het juiste adres. Toegegeven, ze is wat stroperig en klinkt daar altijd beter dan thuis. Maar liever bouzouki-klanken en de theatrale, wat hese stem van Melina Mercouri bij de olierijke ovengerechten dan het gebonk van deze tijd. Een glas dessertwijn later, en je neuriet mee. De Samos-wijnen hebben wereldfaam. De eerste avond al val ik als een blok voor de zoete maar tegelijk pittige versie die je voor of na het eten drinkt. Hij heeft bovendien een gouden, sprankelende kleur... haast te mooi om aan te nippen.

Inham, rechts van het hotel
© Scriptor
Elk Grieks eiland levert weer een ander stukje geschiedenis en mensen die zo bijzonder waren dat ze de tijd overleefd hebben. Op Samos vind je een aantal van hen, baanbrekende geleerden die in hun tijd vaak onbegrepen en zelfs verguisd werden. Wat nu Pythagorio is, een plaatsje van zo'n 1500 zielen, was in de oudheid de hoofdplaats van Samos, een grote stad met 30.000 tot 50.000 inwoners. Ook aan de kusten van Klein-Azië lagen toonaangevende steden zoals Ephesos, Pergamon en Halicarnassos. Samos behoort al lang niet meer tot het centrum van de wereld maar heeft nog wel voldoende troeven om je een erg prettige tijd te bezorgen.

Grote, oude namen
Het Pythagoras-monument in Pythagorion
© Scriptor
 
Pythagoras (de man van a²+b²=c²) is het historische uithangbord van het eiland. Hij groeide hier in de 6de eeuw v.C. op maar werd door de tyran Polycrates (zie ook Lesbos) verdreven. Polycrates zelf moest later buigen voor de Perzen en werd gekruisigd. Nadien maakte het eiland deel uit van de Delische Bond (o.l.v.) Athene… als belastingvrij lid. Dat waren nog eens tijden voor de Grieken.

Evpalinos (6de eeuw v.C.), is de ingenieur die uit Athene overkwam om een waterleiding van één kilometer dwars door een berg van harde kalksteen aan te leggen (zie eilandtour).

Een andere grote naam is die van Herodotos (5de eeuw v.C.), de vader van alle historici, die zich na een politiek confict in Halicarnassos (het huidige Bodrum) op Samos vestigde. Zijn Historiën kun je anno 2012 nog steeds in de boekhandel vinden. Hij bereisde Griekenland, Klein-Azië, Egypte, het Midden-Oosten, het huidige Oekraïne...
 
© Scriptor
En dan is er nog de filosoof Epikouros (4de-3de eeuw v.C.). Aan zijn leer hebben we de term ‘epicurist’ of ‘levensgenieter’ te danken. Hij bedoelde wel dat je dat op een gematigde manier moet doen. Zijn ouders kwamen van Athene naar Samos terwijl hijzelf weer naar het vasteland trok, wellicht om zich beter te kunnen ontplooien en zijn ideeën te kunnen doorgeven.

Het rijtje wordt gesloten door Aristarchos (4de-3de eeuw v.C.), een astronoom die in de oudheid al wist dat de de aarde om de zon draaide en tegelijkertijd om haar eigen as... niemand geloofde hem.
 

Hotel Kerveli © Scriptor
Op de eerste echte dag worden, gewoontegetrouw, de bakens uitgezet: de georganiseerde uitstappen regelen, de omgeving verkennen en fotograferen, even langs bij de minimarkt voor wat fruit, de uurregeling bekijken van de hotelshuttle naar Samos-stad, een praatje maken met Achmed, de tuinman uit Bangladesh die me trots 'zijn' planten en bloemen toont...
Verder hoeft er alleen maar over de baai getuurd te worden, de dennengeur opgesnoven en een carpe diem-gevoel gekweekt te worden... soms is leven iets dat iedereen aankan.

In de tweede helft van september is het zomerweer hier op z'n zachtst zonder dat je je moet afvragen of je 's anderendaags buiten kunt eten. De hotels lopen langzaam leeg en in de toeristische plaatsen is er ruimte zat en kondigt de rust het einde van het seizoen aan.
 
Baai van Kerveli © Scriptor
De dag nadien neem ik het hotelbusje naar Vathi zoals de hoofdplaats vaak genoemd wordt. Het meest bijzondere aan Samos-stad is de ligging: een diepe hoefijzervormige inham waar schepen graag aanleggen. Links is de kade voor de veerboten die de eilanden onderling en met het vasteland verbinden, rechts ligt de Kusadasi-express, een witte, elegante boot die beide vlaggen voert... een geruststellend symbool. Het is moeilijk voor te stellen hoe beide buren elkaar ooit op de meest gruwelijke manier naar het leven hebben gestaan.  
 
Samos-stad: wie eilanden zegt, zegt bootjes
© Scriptor
De straten rond de haven bieden niet zoveel bijzonders: (erker)huizen die een opknapbeurt verdienen, een park waar vooral de mannen bijpraten of een bordspel spelen, het obligate trapstraatje, een restaurant waar de octopussen te drogen hangen...
Vlak achter het centrale plein met het leeuwenstandbeeld (herdenking van de onafhankelijkheidsstrijd in de 19de eeuw), ligt de Ayios Nicolaou-kerk, doorsnee aan de buitenkant met de klassieke open klokkentoren maar binnen een juweeltje van intimiteit. Zoals alle Grieks-orthodoxe godshuizen is er een overdaad aan decoratie en is ze volgestouwd met eredienstelementen maar het is net dat over-the-top-interieur dat de charme uitmaakt, samen met de duisternis (altijd kleine ramen) die oproept tot introspectie en spiritualiteit.

Ayios Nicolaou-kerk
© Scriptor

Aan het eind van de stadswandeling ga ik nog even naar het busstation op zoek want morgen wil ik naar Pythagorio in het zuiden gaan. En kijk, zo ziet het eruit:

Busstation 'Griekse stijl' in Samos-stad
© Scriptor
Op dag drie gaat het dus weer richting Samos-stad met de hotelshuttle maar vervelen doet dat ritje nooit. Op een eiland waar je voortdurend klimt en daalt, rijgen de postkaart- en kalenderfoto's zich aan elkaar, zeker wanneer een fonkelende baai zich bij de groenschakeringen van het achterland voegt.
Bij het station, annex taverna, staat de bus vertrekkensklaar. Dit is één van de weinige plekken ter wereld waar je je plaats mag innemen zonder te betalen... voor even toch. Er gaat een mannetje mee dat het geld ophaalt als de bus al rijdt.
Bij ons zou zo iemand meteen weggesaneerd worden. Moest Griekenland niet besparen?? Een gezonde staatskas en economie creëert wel andere arbeidsplaatsen voor deze mensen.
 
Het kerkhof van Metamorphosis bij de Logothethis-burcht
© Scriptor
Op de stadsheuvel van Pythagorio liggen de Metamorphosis-kerk en de Logothethis-burcht. Deze laatste is gebouwd op de fundamenten van het paleis van Polycrates (zie ook kadertje Pythagoras), de tiran die grootse dromen voor zijn eiland had (zie later 'eilandrondrit'). In de kerk, die ik voor mij alleen heb, hangt een snuifje wierook en zweven er gewijde klanken. De ééndimensionele iconen kijken je met een lege blik aan, alsof ze willen zeggen: 'Wij horen niet bij dit aardse leven'.
De verrassing van het moment komt wanneer ik langs de graven loop en uit nieuwsgierigheid een gammel deurtje openduw in het witte gebouwtje links op de foto. Ik kan mijn ogen niet geloven: dit soort dodenherdenking heb ik nog nergens gezien... Klein-formaat doodskisten met naam, foto en data staan opgestapeld tot aan het plafond. Ik weet niet of ik het luguber of ontroerend moet vinden.

Kerkhof van Metamorphosis © Scriptor
Een beetje uit het lood geslagen wandel ik in de richting van de haven waar Pythagoras
met een elegant, driezijdig, beeld (zie kadertje Pythagoras) eer wordt aangedaan. Hij zou op de foto moeten maar baadt in het licht, niet alleen gewoon licht maar ook tegenlicht. Omdat hij er op het schermpje zwart uitziet - een beetje artistiekerig maar toch - besluit ik de bootjes te fotograferen en een cafeetje op te zoeken tot de zon uit een andere hoek schijnt. In het kroegje worden gasten op dezelfde manier behandeld als in de bus: je consumeert eerst en dan betaal je. Bouwvakkers zijn bezig met een balk te plaatsen in de overkapping van het terras. Dat wil zeggen: ze heffen en meten wat, gaan dan zitten, nippen aan een koffie, telefoneren wat en herhalen dit ritueel zolang ik daar zit. Wat moet je van zo'n arbeidsethos zeggen? Er zit kwaliteit in dit leven? Of: Zo zwengel je de economie niet aan?
Een uurtje later ziet Pyth er al heel wat beter uit achter de fotolens. Opdracht vervuld.
 
Het blauwe straatje onder de burcht
© Scriptor
Omdat de foto's van de burcht en de kerk op de heuvel mij niet helemaal gelukkig stemmen, wil ik nog even terug en de oefening overdoen. Daarbij loop ik verloren - vrouwen en oriëntatie, hé - en ontdek zo 'het blauwe straatje'. Huizen, eigenlijk huisjes, en straatbedekking zijn blauw geschilderd, een beetje kitcherig, natuurlijk, maar ook lieflijk.  

Gevel in het 'blauwe straatje'
© Scriptor

Het buspersoneel mag dan coulant zijn, de frequentie van het openbaar vervoer is niet om over naar huis te schrijven. Heb ik nog net de tijd om naar het Spiliani-klooster op een andere heuvel te gaan? Ik stap en stap, het is verder dan het lijkt op het plannetje. Als het moni van achter de cypressen te voorschijn komt, moet ik helaas vaststellen dat er nog een steile klim van tien minuten op me wacht... net iets teveel voor dit moment. Tijd voor de lijnbus, de shuttle en een glas goudgele Samos-wijn!
 
Een altijd zijn er kerkjes…
Kerveli © Scriptor
Patmos © Scriptor
 
Kerveli © Scriptor

Op dag vier zoemt de wekker me zachtjes maar toch kwaadaardig uit mijn slaap. Achter de Turkse bergen klimt een rode bal omhoog. Om 7u.10 pikt een taxi me op en deponeert me enkele kilometers verder... op de parkeerplaats van de Lidl. IJsberend wacht ik op de bus die vanuit het noordelijke Kokkari komt en her en der wat gasten ophaalt. Als we dalen naar de baai van Pythagorio werpt de zon een zaklampbundel zachtgeel licht over het water. De Samos star ligt in een uithoek van de haven op ons te wachten. Met een beker koffie in de hand leun ik over de reling als we het ruime sop kiezen. Naar Patmos is het 2 1/2 uur varen. Mistige eilanden, vaak onbewoonde rotsen, schuiven aan ons voorbij. It's foggy, today, zegt de kapitein vanuit de stuurhut. De Fourni-archipel en Ikaria (het eiland van de Icarus-mythe) zitten gevangen in een waas van nevels.
 
Het weer klaart op... © Scriptor

Terwijl ik me laat wiegen op het ritme van de Zorba, bedenk ik dat een boottrip geschikt is om je langzaam in een landschap op te nemen. Als de grillige vorm van Patmos in zicht komt, hebben we nog drie kwartier te varen. Stilaan worden de contouren van de kloosterburcht op één van de heuvels zichtbaar. Toch komen we nooit dicht genoeg bij om een aanvaardbare foto te kunnen maken... jammer want dat is hét beeld dat professionelen maken (kijk eens op internet).
 
Patmos, het heilige eiland
In het Johannesklooster
© Scriptor
Patmos lijkt qua uitzicht op de wat westelijker geleden Cycladen-archipel: met veel lagen witte kalk overdekte huisjes die als blokkendoosjes tegen de heuvels aanliggen. Terwijl toeristen voor die typisch Griekse eenvoud komen, trekt het eiland ook orthodoxe en andere christelijke pelgrims.   

De religieuze geschiedenis van Patmos gaat terug tot de 1ste eeuw na C. toen apostel Johannes zich hier kwam vestigen. Volgens de overlevering kreeg hij intense visoenen die opgetekend werden door een volgeling en de naam ‘Apocalyps’ of ‘Openbaring’ kregen. Het is het laatste boek van het nieuwe testament. Deze apostolische erfenis weerspiegelt zich in de talrijke kloosters, monnikengemeenschappen en religieuze feesten die ook nu nog het ritme van Patmos bepalen.

Eén van de verstilde kloosterhoekjes...
© Scriptor
In het orthodoxe geloof wordt werk beschouwd als gebed, op voorwaarde dat het met concentratie en liefde wordt gedaan. Geloven is een manier van leven.
Lees meer in dit boek:

Op de kade van Skala kun je, naar gelang de taal die je het best beheerst, kiezen uit een aantal bussen die een rondrit aanbieden. Nicolas, de Engelstalige gids, is een schattige man die - zo zal snel blijken - iets te lang van stof is. Niet dat zijn verhaal oninteressant is, integendeel, maar ik mis wat vrije tijd om foto's te maken. Niet-fotograferende mensen denken al snel dat je met drie klikken voldoende geslaagde souvenirkiekjes hebt.
 
De molentjes van Patmos © Scriptor
We houden eerst halt bij de Johannes-grot. In deze contreien - en ook elders - was het eeuwenlang de gewoonte om in een grot te verblijven. Ik heb de indruk dat het hele Johannes-verhaal wel geloofwaardig is... behalve de bovennatuurlijke dimensie ervan: het krijgen van visoenen en daar een godsbesef aan vastknopen. Maar je hoeft als ongelovige het kind niet met het badwater weg te spoelen. Apostel Johannes behoorde tot de enge cirkel rond Jezus. Zijn moeder Salomé was één van de vrouwen die naar het graf ging om het lijk te parfumeren... en een lege tombe (?) aantrof.
 
In de grot mag je geen foto's maken. Voor wie het gelooft, zie je er 'het hoofdkussen' van Johannes en 'het handvat' waaraan de oude man zich optrok... holtes in één van de muren.

Klimmend naar het klooster is het uitzicht overweldigend
© Scriptor
Met zijn droge, dorre vegetatie en talrijke verborgen, afgelegen plekjes, leent Patmos zich tot ascese. Al in de tijd van Christodoulos, de stichter van het Johannesklooster, waren er monniken die hun doordeweekse dagen in een kluizenaarswoning doorbrachten en in het weekend terugkeerden naar het klooster.

Het Johannesklooster, een versterkte burcht

Onder de vestingmuren
© Scriptor
In 1088 gaf de Byzantijnse keizer de toestemming om op Patmos een klooster te bouwen. De gouden oprichtingsbul is nog steeds te bewonderen in de schatkamer van de kloosterburcht. Met zijn hoge, hermetische muren, kantelen en steunberen ziet het er inderdaad als een vesting uit… en dat is geen toeval. Ottomanen, Arabieren of ordinaire piraten vielen het eiland geregeld aan.
In het Johannesklooster werd niet alleen gebeden maar ook gestudeerd en werden er manuscripten gekopieerd net zoals in West-Europese abdijen.
Het is nog steeds een druk bezocht bedevaartsoord.

Middeleeuws burchtgevoel
© Scriptor
Het bezoek aan het klooster, waarvan je een kolossaal beeld in je geheugen hebt, valt me toch wat tegen. Bezoekers mogen maar zo'n tiende van de burcht bekijken, wat je het gevoel geeft in een klein klooster rond te lopen. Zelfs dat stuk - rond de kerk - ziet er verwaarloosd uit, toch wat de eeuwenoude muurschilderingen betreft. Heeft zo'n druk bezochte plaats dan geen fondsen om de boel wat op te knappen (cf. het Kykko-klooster in de bergen van Cyprus)?? Van de Griekse overheid hoeft dit werelderfgoed blijkbaar ook geen ondersteuning te verwachten.
 
Teloorgang van 500-jaar oude fresco's
© Scriptor
Ik laat Nicolas een beetje onbeleefd achter, probeer tussen de mensen door wat plaatjes te schieten en wandel dan naar buiten, Chora in, het witte dorp dat om de burcht heen ligt en waarvoor geen tijd is uitgetrokken tijdens dit georganiseerde bezoek... zonde is dat! Ik zwicht helemaal voor de charmes van de verstilde, labyrintische steegjes en de klein-formaat huisjes en binnenplaatsjes. Peter France heeft hier ergens gewoond. Ik gun mezelf tien gestolen minuten voor de vertrekafspraak, loop als een paparazzi te klikken en stel, achteraf, verbaasd vast dat de meeste foto's heel aardig zijn.

In Chora is alles mini
© Scriptor
Middeleeuws steegje in Chora
(Het plakaatje wijst de weg in de wirwar van straatjes)
© Scriptor
Bij het rendez-vous aan de bus vraag ik aan Nicolas waar het ezelspad ligt. In het boek van Peter France kun je lezen over dit eeuwenoude pelgrimspad tussen het Johannesklooster en de havenplaats Skala. Hoewel je door een bos moet en het pad niet altijd duidelijk te zien is, wil ik het er toch op wagen. Een beetje riskant want boten wachten niet maar sommige dingen hoor je gewoon te doen. Het is moeilijk lopen op de ongelijke, dikke, keien. Een beetje boetedoening hoort bij deze dag. Halfweg herken ik de school uit het boek en bijna beneden mis ik een afslag en maak daardoor een onnodige lus.
 
Kapelletje op het ezelspad
© Scriptor
Het oude pelgrimspad tussen het klooster en Skala
© Scriptor


Waarom de kapitein net iets eerder dan gepland koers wil zetten naar Samos, wordt duidelijk als we in de open zee zijn. De boot schommelt van links naar rechts en botst tegen de golven op. Er staat een strakke wind die water op het achterdek kiepert. Sommige magen houden het niet meer... Ik voel me misselijk en roep de heilige Johannes aan: 'Laat de haven snel in zicht komen!' In de veronderstelling dat de kapitein een iets minder woelige route zoekt - wat heet? - maken we een omweg en duurt de kwelling nog langer dan voorzien.
 

Rondstruinen in de omgeving © Scriptor
Dag vijf is weer een luilekkerdag met een wandelingetje in de omgeving, het uitlezen van een boek bij de branding en de recensie al in het klad schrijven, een beetje internetten (Hoera, twee nieuwe interviews binnen!), even naar mijn favoriete pleisterplaats verderop in de baai...
Helaas merk ik niet dat de instellingenknop van mijn camera verkeerd staat, wat betekent dat de foto's die je op die manier maakt, superlicht zijn en dus (meestal) niet in het groot kunnen bekeken worden, tenzij je wazig niet erg vindt. Ook de volgende dag zie ik het euvel niet. Jammer...
Chillen bij de aanrollende golven
© Scriptor
Op de dag voor de afreis staat de eilandtour op het programma.
8u.00 Achmed komt aangescooterd. De zwarte kater wil eindelijk poseren, hoewel erg op z'n eigen manier. Het vertrouwde scenario wordt afgewerkt: taxi, Lidl, bus... Als je in een afgelegen baai wil zitten, moet je wat meer moeite doen om de bewoonde wereld te bereiken.

De opperpoes van hotel Kerveli
© Scriptor
Bij deze dagtocht hoort ook de kennismaking met twee leuke mensen. Gids van dienst is Patrick, ooit bij Mol horend, nu helemaal bij Samos. In een vorig leven was hij een persfotograaf met een dag-en-nacht-agenda die hem wel een zeilboot opleverde maar geen tijd om ervan te genieten. Hij besloot het roer helemaal om te gooien en begon samen met zijn vrouw een tweede leven op dit eiland. Nu verhuurt hij een huis in een autovrij dorp aan toeristen en/of neemt hen mee op zeiltocht. Liefhebbers kunnen een kijkje nemen op zijn uitnodigende site.
Samen met de Grieks-Australische archeologe Irini, die het laid-back-Engels van onze tegenvoeters spreekt, neemt hij ons op sleeptouw en bezorgt ons informatie die je niet in reisgidsen kunt lezen.

De eerste stop is meteen een schot in de roos. De tunnel van ingenieur Evpalinos even buiten Pythagorio is een illustratie van een groots denkende staatsman die zijn voetafdruk wil achterlaten, en och ja, gecombineerd met een beetje sociaal gevoel voor zijn onderdanen. Pompidou had zijn cultuurtempel, Mitterand zijn grande bibliothèque... en Polycratos zijn watertunnel. Veel verandert er niet in de loop van de geschiedenis.

De waterleiding stroomt rechts onder het hekje
© Scriptor
De stad met tienduizenden inwoners had drinkwater nodig en aan de andere van de berg lag een onuitputtelijke bron die tot op de dag van vandaag water geeft. De details van het ingenieuze plan zullen we nooit meer kunnen achterhalen. Kort gezegd: er werd een kilometerlange gang gegraven in hard gesteente en de werken startten tegelijkertijd aan beide kanten van de berg. De gewonnen oorlog tegen Naxos leverde gevangenen op die in de tunnel werden opgesloten waar ze in onmenselijke omstandigheden de klok rond moesten werken, eten en slapen. Na 5 1/2 jaar graven ontmoetten de tunnelbouwers elkaar halfweg. Het was een geheim project dat ook een militair doel had. Als de stad belegerd werd - het was de tijd van de Peloponnesische oorlogen - zou de watervoorziening niet in gevaar komen. Maar dat hang je niet aan de neus van je vijanden.
Je kunt enkele tientallen meters door de nauwe tunnel wandelen. Het smalste stukje is geen aanrader voor claustrofoben.

Kroegje in Pythagorio © Scriptor
De informatie over de tunnel hebben we aan de baanbrekende geschiedschrijver Herodotos (zie kadertje boven) te danken. Als ik Irini vraag om mij één goede reden te geven om de man te lezen, zegt ze: 'Wij lazen hem al op school. Hij schrijft gedetailleerd maar zijn teksten zijn verre van saai. Eigenlijk verschilt hij niet veel van de moderne reisauteurs.'
Bijzonder is dat...
Irini in haar element bij de tempel van Hera
© Scriptor
Even verderop ligt het heiligdom van Hera, een site rond een tempel die ooit zes (van onze) verdiepingen hoog was en ontelbare zuilen had, waarvan er nu nog één recht staat. Marmeren gebouwen en beelden zijn door de eeuwen heen gegeerd en geroofd door piraten en opportunistische bouwers. Je kunt er ook resten zien van de Heilige Weg, die liep van de oude hoofdstad naar deze plek van verering.

De Heilige Weg bij het Heraion © Scriptor
Nog meer heiligheid wacht ons in het klooster Megalis Panagias. We zijn hier maar twintig minuten, te kort om én naar Irini te luisteren én foto's te maken. In dat geval kies ik, met pijn in het hart, toch voor het tweede. Ik snuif even de wierooksfeer en de beslotenheid van het kerkje op en dool dan een beetje rond. Ik heb nog steeds geen aanvaardbare foto van een 'papas', een geestelijke. Aan de man die het winkeltje met religieuze snuisterijen beheert vraag ik of hij op de foto wil maar hij weigert categoriek. Dan maar in de paparazzi-stijl. Sinds Patmos ben ik daarin geoefend. Plots zie ik de man hier beneden zitten, sluip een beetje dichterbij, niet té dicht, zoom in en klik. Et voilà, niet slecht...

Priesters en monniken gaan niet graag op de foto
© Scriptor
Aan het eind van deze ochtend zijn we toe aan een kleine Griekse versnapering, een soort oliebol die loukoumades genoemd wordt. De taverna heeft een terras met vergezicht en de huisbaas schenkt heerlijk fris sinaasappelsap... voor de neus geperst.

Meer eerlijk voedsel vinden we wat later bij de honingboer die ook weer op een paradijselijke plek woont. Hoe hoger we klimmen, hoe indrukwekkender de panorama's.
Een snapshot van Patrick, even in de rol van ober
© Scriptor
Middagpauze voor iedereen © Scriptor
Voor de lunch gaan we naar Platanos, het hoogst gelegen dorp van het eiland. Daar eten we bij de prettig gestoorde Leon waar Patrick een handje toesteekt. Ik kies voor soutsoukakia, een perfect gekruid en geölied vleesgerecht (voor één keer geen vegetariër) dat de uit Smyrna (nu Izmir) verdreven Grieken meebrachten. Na de Grieks-Turkse oorlog van 1921-'22 en het Vredesverdrag van Lausanne in '23 werden de Grieken, die duizenden jaren in Klein-Azië geleefd hadden, verplicht te vertrekken en moesten de Turken weg uit grote delen van de Balkan. Beide gemeenschappen behoorden tot de hogere klasse (landeigenaren, artsen, handelaars...) en werden door de repatriëring gedegradeerd tot burgers aan de onderkant van de maatschappij...
Eigenlijk moet je dat een ethnische zuivering noemen.
 
Zomerbranden
Platanos: uitkijkend op het in 2000 geteisterde gebied
© Scriptor
In 2000 en 2010 teisterden grote bosbranden het eiland. Toeristen moesten geëvacueerd worden, de luchthaven bleef dicht.
Dankzij het heldhaftige optreden van brandweermannen kon het dorp Votsalakia aan de vlammen ontsnappen.
Afgelopen zomer was het buureiland Chios het slachtoffer. Daar werden mastiekbomen in de as gelegd, een economische kaakslag

Loom van de stevige plattelandskeuken, soezen we een beetje weg in de bus die richting Karlovasi, de tweede stad van het eiland, rijdt. Daar worden we verwacht bij de pottenbakster die hét hebbedingetje van Samos aanbiedt: de beker van Pythagoras, ook beker van de gematigdheid genoemd. Als je hem helemaal vol giet, loopt de inhoud beneden weg. Het idee erachter is de kritiek van de wiskundige-filosoof op hebberigheid in het algemeen en de graaicultuur van machthebbers zoals Polycrates in het bijzonder. Zei ik al dat er weinig verandert in de geschiedenis? Het concept van de beker is dus 2.500 jaar oud... om even bij stil te staan.

De gematigdheidsgedachte komen we later in de oudheid nog opnieuw tegen, bijvoorbeeld bij de filosoof Epikouros (zie kadertje bovenaan) en, zoals het motto van dit verslag aangeeft, op de tempel in Delphi.

Pythagoras vereeuwigd © Scriptor
Op weg naar de laatste stopplaats, het pittoreske maar iets te toeristische Kokkari, vertelt Patrick over de economische crisis in het land:
'In Melbourne wonen zo'n 1 miljoen Grieken. Misschien komt er nu een nieuwe migratiegolf op gang. Veel vastelanders keren al terug naar de eilanden en worden zelfbedruipend.'
Op de eilanden vinden ze ook een hechter sociaal netwerk. Zelfs 'buitenlander' Patrick geniet ervan. Een professionele huisschilder komt gratis bij hem verven en in ruil helpt hij de man bij de olijvenoogst. Een ethische manier van werken en leven, vind ik. Niet alles moet in geld worden uitgedrukt.

Terug 'thuis' vind ik de ARD-Sportschau die als laatste onderwerp een héél korte samenvatting van het WK wielrennen uitzendt... en ga een beetje uit mijn dak.

Afscheid nemen van het huisje...
© Scriptor
Een retourvlucht laat op de dag zorgt altijd voor slome laatste uren. Er is geen ruimte meer voor echte initiatieven, het afscheidsritueel wordt eindeloos gerekt en je krijgt weer eens geen antwoord op de vraag waarom een week in een zucht voorbij kan zijn. Achmed komt nog even bij me op de bank aan de receptie zitten. Hij is moe, werkt elke dag tot 19u.30 maar in crisistijd klaag je daar niet te erg over. Voor hij mijn koffer naar buiten rolt geef ik hem een pakje Belgische koekjes.
 
...en van de baai © Scriptor
 
 Op de parkeerplaats van de Lidl laat de bus eindeloos op zich wachten. Zou er een reiziger vermist zijn of een koffer onvindbaar?? Maar neen, dit is de Griekse stijl... Pas een dik uur voor het vliegtuig vertrekt komen we aan op de luchthaven waar het inchecken tergend traag verloopt. Tien minuten voor het opstijgen gaan we aan boord. Ik durf er niet aan te denken dat dit één van de meest onveilige luchthavens van Europa is... hoewel dat vooral voor de landing geldt. Soms is de wind zo ongunstig dat piloten moeten uitwijken naar luchthavens in de buurt. Op Rhodos - mag ik hier uitstappen? - halen we nog wat passagiers op en vliegen dan de nacht in en de kou tegemoet.
Thuis trek ik bedsokken aan en ruil het zomernachtkleed voor een warme pyama.
De Samos-wijn staat euh... koud te worden in de koelkast.
Maar je kunt het ook warm krijgen van vooruitzichten en met een beetje verbeelding zijn die er altijd!
 
(September 2012)

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten